ADHD, nieuwe inzichten en behandeling met osteopathie. In de behandeling van ADHD staat vooral het beïnvloeden van het drukke gedrag en het verminderen daarvan voorop. Dat gebeurt de vooral medicamenteus, oa. met Ritalin, Concerta en Stratera. Binnen de Osteopathie is er vanuit het Instituut Geïntegreerde Technieken, onder leiding van Frank de Bakker, veel kennis verzameld. Deze kennis heeft ons vooral geholpen om te begrijpen waarom dit drukke gedrag plaatsvindt en zo te zoeken naar manieren om dit te veranderen. Dit heeft geleid tot verrassende nieuwe inzichten die in de osteopathische behandeling van kinderen met ADHD effectief lijken te zijn. Maarten Heemskerk, van osteopathie Haarlem, gebruikt deze nieuwste kennis bij de osteopathische behandeling van ADHD.
Allereerst is het zo dat kinderen met ADHD een kleinere schedel hebben (Neligan e.a., 1976; Nichols &Chen, 1981; Gillberg e.a., 1083; Taylor e.a., 1991). De schedel wordt gevormd door de groeibewegingen van het zenuwstelsel. Met andere woorden, de groei van de hersenen zorgt voor de groei van de schedel. Dit maakt duidelijk dat er bij kinderen met ADHD dus een achterstand is in de hersenontwikkeling. Niet onlogisch als je je realiseert dat allerlei stressoren tijdens de zwangerschap zoals alcohol- en drugsgebruik en roken en de aanwezigheid van veel stress de groei vertragen en daardoor de kans op ADHD bij het kind vergroten. Als we dit als uitgangspunt nemen is het interessant om te kijken naar de groeimechanismen van de hersenen. Hoe groeien onze hersenen?
De voorloper van het centrale zenuwstelsel is de neurale buis, de blauwe buis op het plaatje hiernaast. Het bovenste deel van deze buis wordt hersenen, het onderste deel vormt het ruggenmerg. Door bewegingen in het primitieve darmsysteem ontstaan bloedvaten die vanuit beneden naar boven groeien richting hart. Deze bloedvaten groeien trager dan de rest van het embryo en trekken daardoor het hart naar beneden. Het hart is met een bandje verbonden met de neurale buis, de daling van het hart zorgt dus voor een groei van de neurale buis. Dit gegeven blijft ons hele leven bestaan. Het gebruiken van het hart is dus goed voor de hersenontwikkeling. Dit maakt het drukke gedrag van de ADHD kinderen al iets logischer.
Voordat hersenen kunnen groeien moeten er eerst gliacellen gemaakt worden. Dit zijn cellen die door hun hoge vetgehalte onder andere de zenuwcellen kunnen isoleren. Er moet dus eerst een vetskelet gemaakt worden voordat de hersenen kunnen groeien. Als dit onvoldoende gebeurd ontstaan waarschijnlijk tics makkelijker. Extreem zien we dit bij het Gilles de la Tourette syndroom, Minderaa (1998) heeft aangetoond dat er bij 60 tot 70% van de kinderen met ADHD sprake is van aan Gilles de la Tourette gerelateerde symptomen. Veel behandelingen voor kinderen met ADHD boeken goede resultaten met het suppleren van vetzuren, aangezien dit een voorwaarde is voor de groei van de hersenen is dit logisch.
Dan is er nog de rol van CVO’s (circum ventriculaire organen), dit zijn zwellichamen in de hersenen die liggen op de overgangen van de hersenventrikels. Groei van de hersenen komt tot stand door rek op de wand van het ventrikel. In de ventrikels wordt hersenvloeistof geproduceerd die door de ventrikels (waaromheen de hersenen liggen) stroomt en die uiteindelijk door gaten in het ventrikelsysteem rondom de hersenen komt. De CVO’s kunnen door hun opzwellen de afvoer uit de ventrikel blokkeren, hierdoor ontstaat dus een grotere druk in de ventrikel dit is de prikkel die de hersenen nodig hebben om te groeien. Er zijn meerdere CVO’s die ieder door hun ligging een specifieke ventrikel kunnen doen zwellen. Nu hebben de hersenen maar een beperkt aanbod aan bloed, dit betekent dat wanneer er bloed nodig is voor het opzwellen van CvO’s er minder is voor de rest van de hersenen.
Dit betekent dat, in het geval van opzwellen van CVO’s andere hersendelen minder bloed zullen kunnen krijgen en minder actief zullen zijn. Bij ADHD zijn dit de gyrus cinguli anterior (nodig voor het focussen), de de préfrontale schors (volgorde/oorzaak-gevolgrelaties) en de bovenste auditieve schors (integreren van dingen), dit maakt het logisch dat deze taken bij kinderen met ADHD dus minder goed ontwikkelt zijn. Overigens is het zo dat ook bij ‘normale’ kinderen in periodes van meer hersengroei deze taken dus minder zullen zijn en dat hun bewegingsdrang dan dus ook groter zal zijn. Dit is iets wat de meeste ouders wel zullen herkennen. Er zijn fases waarin hun kinderen alles vergeten en minder goed stil kunnen zitten!
Hoe wordt nu hersenvloeistof afgevoerd? Dat gebeurd naar alle waarschijnlijkheid via het lymfatisch systeem. Bij onderzoek in Leiden is gezien dat het merendeel van de vloeistof afgevoerd wordt via de zenuwen van de reukzenuw. Via de zenuwen wordt de vloeistof afgezogen door het lymfatisch systeem. Als het lymfesysteem dus krachtiger werkt wordt er meer hersenvloeistof afgevoerd en creëer je zo dus een vacuüm rondom de hersenen. Op deze manier wordt er dus aan de hersenen gezogen. Dit is een perfecte manier om groei te bevorderen. Nieuw onderzoek dat in 2015 is gedaan is een ondersteuning voor deze hypothese. Er blijken in de hersenen lymfevaten te bestaan, iets wat men tot 2015 niet wist. De beste manier om het lymfesysteem te activeren is door veel te bewegen, dus veel bewegen maakt via een sterkere lymfatische aftuiging van de hersenvloeistof de hersengroei krachtiger! Dus als je hersenen een achterstand in de groei hebben zoals bij ADHD’ers, is het functioneel om meer te bewegen!
Met al deze kennis wordt het een stuk logischer dat deze kinderen zich gedragen zoals ze doen. Er is uiteraard nog veel meer te vertellen hierover. Ik heb in het laatste decennium intensief deze ontwikkelingen gevolgd en veel op nascholing geweest om de behandeltechnieken die ontwikkeld zijn om ADHD te behandelen met deze nieuwe kennis me eigen te maken. Als u meer wilt weten hierover of als u wilt weten of behandeling zinvol zou zijn voor uw kind met ADHD kunt u bellen (023 7200 920 / 06 141 80 360) of een bericht sturen.